• Scriptie nakijkdienst
  • Ervaren taalkundigen
  • Binnen 24 uur

Tabellen, figuren en afbeeldingen in een scriptie

Gepubliceerd op 11 oktober 2018 door R. van Ravenstein

Citeer dit artikel

Vaak wordt gebruikgemaakt van tabellen, figuren en afbeeldingen in een scriptie, omdat je hiermee complexe informatie, zoals resultaten, op een overzichtelijke wijze kunt presenteren. Lees hier aan welke eisen tabellen, figuren en afbeeldingen in een scriptie moeten voldoen.

Wist jij bijvoorbeeld al dat ‘figuur’ de verzamelnaam is voor alle grafieken en diagrammen in scripties en dat naar een foto of illustratie wordt verwezen met ‘afbeelding’?

Waar moeten tabellen, figuren en afbeeldingen in een scriptie aan voldoen?

Voordat je een tabel, figuur of afbeelding in de tekst plaatst, dien je rekening te houden met de onderstaande punten:

  • Geef een duidelijke toelichting (volgnummer en bijschrift)
    Volgnummer en titel bij tabellen boven.
    Volgnummer en titel bij figuren en afbeeldingen onder.
    .
  • Maak tabellen niet te groot en lang
    Grote tabellen zijn vaak onduidelijk en moeilijk te begrijpen. Laat tabellen daarnaast nooit over twee pagina’s lopen.

    .
  • Zorg dat tabellen en figuren overzichtelijk zijn vormgegeven
    Lezers moeten in één oogopslag de resultaten kunnen aflezen en begrijpen. Geef tabellen en figuren daarom een overzichtelijke opmaak.
    .
  • Kies de juiste grafiek of diagram
    Bedenk van tevoren welke boodschap je wilt overbrengen en waarop de nadruk gelegd moet worden. Welke grafiek of diagram je het best kunt gebruiken, hangt af van de informatie die je wilt presenteren.
    .
  • Vermeld de herkomst als een tabel, figuur of afbeelding is overgenomen
    Heb je het letterlijk overgenomen uit een andere bron, dan dien je altijd de bron te vermelden. Volgens de APA-stijl is dit een citaat.
    .
  • Vermijd herhalingen
    Verwerk niet dezelfde informatie in de tekst én in de tabel of figuur. De tekst fungeert namelijk als toelichting of ondersteuning op de tabel of figuur.

Verwijzen in de tekst naar een tabel, figuur of afbeelding

Maak je gebruik van tabellen, figuren of afbeeldingen, dan dien je hier in de lopende tekst altijd naar te verwijzen. Hierdoor weet de lezer op welke tabel of figuur de tekst betrekking heeft. Dit zorgt er bovendien voor dat de paragraaf meteen inzicht geeft in de belangrijkste informatie.

Wil je tabellen, figuren of afbeeldingen gebruiken en niet hiernaar verwijzen in de tekst, dan geef je deze weer in de bijlagen.

Tabellen, figuren en afbeeldingen in een scriptie worden op dezelfde pagina weergegeven waarop in de tekst hiernaar verwezen wordt. Bovendien wordt het woord ‘Tabel’, ‘Figuur’ of ‘Afbeelding’ in de verwijzing altijd met een hoofdletter geschreven. Hiervoor kun je de volgende standaardzinnen gebruiken:

Voorbeeld:

   •    In Tabel 3 is te zien dat . . .
   •    Figuur 1 en Figuur 2 tonen aan dat . . .
   •    Zo laat Afbeelding 4 zien dat . . .

Wil je aan het einde van de zin verwijzen naar een tabel, figuur of afbeelding, dan doe je dat als volgt:

Voorbeeld:

. . . 34% van de respondenten is het hiermee eens (zie Tabel 3).

. . . een stijging ten opzichte van vorig boekjaar (zie Figuur 1).

. . . dit illustreert de denkwijze van de artiest (zie Afbeelding 2).

Volgnummer en titel/bijschrift

Het volgnummer zorgt ervoor dat tabellen, figuren en afbeeldingen geordend zijn, zodat deze gemakkelijk kunnen worden opgezocht. De volgnummers van de tabellen, figuren en afbeeldingen laat je apart van elkaar oplopen.

Aan de hand van de titel moet het voor de lezer meteen duidelijk worden welke informatie wordt gepresenteerd. De titel dient maximaal één regel te beslaan.

Bij een tabel wordt het volgnummer en de titel of het bijschrift boven de tabel weergegeven. Daarnaast wordt ‘Tabel’ met een hoofdletter geschreven, met daaronder of ernaast de titel in het cursief.

Tabellen, figuren en afbeeldingen in een scriptieBij figuren en afbeeldingen worden het volgnummer en de titel aan de onderkant geplaatst. Ook hier wordt ‘Figuur’ of ‘Afbeelding’ met hoofdletter geschreven, waarna deze samen met het volgnummer in het cursief komen te staan. De titel of het bijschrijft daarentegen niet.

Tabellen en figuren overnemen uit een andere bron

Ga je tabellen, figuren en afbeeldingen overnemen uit een andere bron en maak je gebruik van de APA methode, dan dien je altijd de bron te vermelden.

De bronverwijzing wordt bij tabellen weergegeven in de noot van de tabel, terwijl deze bij figuren en afbeeldingen achter de titel komt te staan. In beide gevallen wordt de bronverwijzing dus aan de onderkant weergegeven. In de noot kan je naast de bronverwijzing, ook informatie verwerken die de data in je tabel ondersteunt of verduidelijkt, zoals de p-waardes.

Wanneer iets letterlijk wordt overgenomen, is dit een citaat. Bij citaten dien je in de bronverwijzing het paginanummer te vermelden waarop de tabel, figuur of afbeelding gevonden is.

Figuren- en tabellenlijst in je scriptie

Bevat je onderzoek veel tabellen en figuren, dan is het handig om een figuren- en tabellenlijst op te nemen in je scriptie. Beide lijsten plaats je na de inhoudsopgave.

In de tabellen- en figurenlijsten vermeld je zowel de volgnummers, titels als bladzijdenummers.

Het doel van een figuren- en tabellenlijst is de lezer een overzicht geven van alle gebruikte tabellen en figuren, zodat deze snel opgezocht kunnen worden. Om deze reden is het van belang dat je een tabel of figuur een titel geeft waaruit direct is af te leiden waarover de inhoud gaat.

[was_this_article_helpful]
Terug naar overzicht

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scriptie & Verslagen nakijken op taal
Scriptie nakijken op taal & structuur
Scriptie APA-check
CV & sollicitatiebrieven nakijken