Nakijkmodel voor scripties en verslagen
Gepubliceerd op 5 april 2017 door Farah
Onze taalkundigen hanteren dit nakijkmodel als richtlijn bij het redigeren van jouw scriptie en/of verslagen. De volgende onderdelen worden tijdens het redigeren gecontroleerd én gecorrigeerd.
A. Nakijken op taal – eerste deel
Spelling
spelfouten / typfouten
lidwoorden
samenstellingen
woordcombinaties
hoofdlettergebruik
Grammatica
d/t-fouten
voltooid deelwoorden
persoonlijke voornaamwoorden
verwijswoorden
verbindingswoorden
correcte woordkeuze
voorzetsels / voorzetseluitdrukkingen
Zinsbouw
werkwoordstijden (per scriptieonderdeel)
woordvolgorde in eenvoudige zinnen
woordvolgorde in complexe zinnen
woordvolgorde opsommingen
volledige zinnen
vage formulering (er zijn twee dingen die ik wil opmerken = ik wil twee opmerkingen maken)
het bijwoord ‘er’ aan het begin van de zin of als opvulwoord
Stijl
congruentie (een groep demonstranten hielden borden omhoog)
pleonasme/tautologie (daarnaast is ook de sneeuwbalmethode toegepast)
foutieve samentrekking (ze heeft de trein genomen en daarom een kaartje gekocht)
tangconstructie (ik acht de kans dat honderd verpleegsters willen deelnemen aan mijn onderzoek, groot.)
passieve zinnen
te lange zinnen
dubbele ontkenning
Interpunctie
punt
komma
aanhalingstekens
dubbele punt
puntkomma
haakjes
Consistentie
consistente werkwoordstijden
consistente spelling
consistent hoofdlettergebruik
consistente interpunctie
B. Nakijken op taal – tweede deel
Beide lijsten A + B worden gehanteerd bij scripties en theses.
Academisch woordgebruik
academische woordkeuze
verboden woorden
onduidelijke / overdreven / subjectieve formuleringen
Duidelijkheid
haperende / onduidelijke zinnen
Getallen & afkortingen
getallen in letters of cijfers
gebruik van afkortingen
Werkwoordstijden & perspectief
werkwoordstijden per scriptie-onderdeel
perspectieven: ik-vorm / wij-vorm / jij-vorm
consistentie in perspectief
Citaten
spel- en typfouten in citaten
interpunctie in citaten
C. Structuur Checklist
Indeling
indeling van hoofdstukken
indeling van paragrafen
indeling van alinea’s
Herhaling & inkorten
attenderen op / schrappen van herhalingen
inkorten van tekst
Benaming
titels van hoofdstukken en paragrafen sluiten aan bij de inhoud
D. Structuur per scriptie-onderdeel
Titelpagina (voorblad)
soort document
titel + eventueel ondertitel
relevante afbeelding
datum van publicatie
voorletter(s) + achternaam
studentadministratienummer
onderwijsinstelling + opleiding / faculteit
informatie over de eerste lezer
informatie over de tweede lezer
Informatiepagina (niet altijd verplicht)
Voorwoord
het voorwoord beslaat niet meer dan 5 alinea’s
alleen personen die een bijdrage hebben geleverd aan het eindproduct, worden bedankt.
deze personen worden op volgorde bedankt: eerst worden degenen bedankt die het meest hebben bijgedragen.
de spelling van voor- en achternamen is consistent.
het voorwoord is persoonlijk maar niet te informeel. De ik-, en wij-vorm zijn hier toegestaan.
het voorwoord wordt afgesloten met de naam van de student, plaats en datum.
Samenvatting
de samenvatting beslaat niet meer dan 1 A4.
de samenvatting staat voor de inhoudsopgave.
de samenvatting is geschreven in de voltooid tegenwoordige tijd.
het onderwerp, de probleemstelling, doelstelling en relevantie van het onderzoek staan kort beschreven in de samenvatting.
in de samenvatting staat om welk soort onderzoek het gaat (bijvoorbeeld literatuurstudie).
de centrale vraagstelling staat in de samenvatting.
de onderzoeksmethode en werkwijze zijn beknopt beschreven.
alleen de belangrijkste resultaten zijn beknopt weergegeven (in woorden, dus niet in getallen of statistieken).
de conclusie(s) zijn beknopt vermeld.
de resultaten worden kort verklaard of vergeleken met de literatuur.
de suggesties voor vervolgonderzoek komen beknopt aan bod.
eventuele aanbevelingen zijn bondig opgenomen.
de samenvatting bevat geen nieuwe informatie, geen literatuurverwijzingen, geen citaten, figuren of tabellen.
Inleiding
het onderwerp is geïntroduceerd en geïllustreerd d.m.v. een treffend voorbeeld.
de directe aanleiding van het onderzoek komt aan bod. De aanleiding mag niet persoonlijk zijn. (dus vermijd formuleringen als: ”Ik vind het belangrijk om te onderzoeken of..”, of “Ik heb mij altijd afgevraagd..”)
de doelstelling is benoemd.
de probleemstelling is benoemd.
de hoofdvraag is benoemd.
de deelvragen zijn benoemd.
de praktische relevantie (hbo) / wetenschappelijke relevantie (wo) van het onderzoek is aangegeven.
de methode van onderzoek is beknopt beschreven.
tot slot is de leeswijzer opgenomen in de inleiding.
Methode
De indeling van het methodehoofdstuk kan per onderwijsinstelling/opleiding/onderwerp verschillen. Globaal dienen de volgende onderdelen erin voor te komen:
verantwoording van de gekozen onderzoeksmethode(n): kwantitatief / kwalitatief / combinatie van beide / etc.
onderzoeksdoelgroep: over welke populatie doet het onderzoek een uitspraak?
steekproef: welke doelgroep is daadwerkelijk onderzocht?
dataverzamelingsmethode(n): interview / enquête /documentanalyse / etc.
data-analysemethode(n): ThesisTools / Survio / SPSS / etc.
de validiteit wordt besproken.
de betrouwbaarheid wordt besproken.
Conclusie
de resultaten zijn samenvattend herhaald / kort geïnterpreteerd (discussie is vaak alleen onderdeel van een wo-scriptie).
de hoofdvraag en deelvragen worden beantwoord.
de conclusie is gebaseerd op het onderzoeksmateriaal.
er wordt geen informatie aangehaald die niet onderzocht is.
Aanbevelingen
de aanbevelingen zijn in de actieve vorm geformuleerd (vermijd zullen/willen/kunnen).
de aanbevelingen zijn niet in de ik-/wij-vorm geformuleerd.
de aanbevelingen geven concreet aan wie wat moet doen.
elke aanbeveling is bondig onderbouwd.
de aanbevelingen beslaan niet meer dan 2 pagina’s.