De validiteit in je scriptie
Gepubliceerd op 30 oktober 2018 door R. van Ravenstein
In je scriptie moet je aantonen dat het onderzoek valide is. De validiteit in je scriptie zegt iets over de mate waarin de resultaten uit het onderzoek overeenkomen met de werkelijkheid.
Vormen van validiteit in je scriptie
Wanneer er wordt gesproken over validiteit, wordt er vaak onderscheid gemaakt tussen meerdere vormen van validiteit.
Veelvoorkomende vormen van validiteit in scripties
Validiteitsvormen | |
---|---|
Interne validiteit | Is er gekozen voor de juiste opzet, methoden en uitvoering? |
Externe validiteit | Worden dezelfde resultaten gemeten bij andere personen, op andere tijdsstippen en op andere plekken? |
Populatie validiteit | Geeft de steekproef een goede afspiegeling van de totale populatie? |
Ecologische validiteit | Worden dezelfde onderzoeksresultaten ook gemeten in de alledaagse praktijk? |
Inhoudsvaliditeit | Zijn alle aspecten van het begrip voldoende vertegenwoordigd in bijvoorbeeld de vragenlijst van je enquête of interview? |
Indruksvaliditeit | Wekt het instrument het idee dat er iets relevants te meten valt? |
Begripsvaliditeit | Meet je met het instrument wel het begrip dat je beoogt te meten? |
Criteriumvaliditeit | Hangen jouw metingen nauw samen met die van een gevalideerd onderzoek? |
Interne validiteit
De interne validiteit geeft aan in hoeverre de behaalde resultaten gebaseerd zijn op goed uitgevoerd onderzoek (onderzoeksopzet) en vrij zijn van systematische fouten (ook wel bias genoemd). Het onderzoek is intern valide als je vanuit de gekozen onderzoekmethoden de juiste conclusies kunt trekken.
Is er gekozen voor de juiste opzet, methoden en uitvoering?
Het aantonen van de interne validiteit is één van de kwaliteitscriteria waaraan je scriptie moet voldoen.
Externe validiteit
De externe validiteit in je scriptie zegt iets over de generaliseerbaarheid. De generaliseerbaarheid is de mate waarin de resultaten en conclusies van het onderzoek van toepassing zijn op andere personen en situaties.
Worden dezelfde resultaten gemeten bij andere personen, op andere tijdsstippen en op andere plekken?
Ook het behandelen van de externe validiteit is één van de kwaliteitseisen waar je scriptie aan moet voldoen. Onder de externe validiteit valt onder andere:
Populatievaliditeit
De populatievaliditeit is de mate waarin de steekproef een goede afspiegeling van de totale populatie is. Er wordt hier ook wel van de representativiteit gesproken.
Ecologische validiteit
De ecologische validiteit is de mate waarin de onderzoeksresultaten gegeneraliseerd kunnen worden naar de tijden, plaatsen en omstandigheden in de alledaagse praktijk.
Inhoudsvaliditeit
De inhoudsvaliditeit (content validity) zegt iets over de mate waarin een meetinstrument alle aspecten van het begrip meet, die je beoogt te meten. De klanttevredenheid kan bijvoorbeeld gemeten worden met een enquête, maar deze hoort dan wel vragen te bevatten die de mate van klanttevredenheid kunnen meten.
Zijn alle aspecten van het begrip voldoende vertegenwoordigd in bijvoorbeeld de vragenlijst van je enquête of interview?
Je zult je goed in de theorie moeten verdiepen, om zo alle aspecten die een begrip omvatten te dekken.
Indruksvaliditeit
Van indruksvaliditeit, ook wel ‘validiteit op het eerste gezicht’, wordt gesproken wanneer de onderzoeker de indruk heeft dat een (meet)instrument de juiste informatie oplevert.
Wekt het instrument het idee dat er iets relevants te meten valt?
Je gaat met je gezonde verstand beredeneren of je het juiste instrument hebt gekozen. Achteraf kan echter blijken dat dit niet het geval is.
Begripsvaliditeit
Bij begripsvaliditeit (constructvaliditeit) wordt erop gelet of de resultaten van de metingen voldoende verband houden met het begrip dat zou moeten worden gemeten. De lengte van een object meten is niet moeilijk, maar hoe meet je iets wat niet tastbaar is, zoals klanttevredenheid?
Meet je met het instrument wel het begrip dat je beoogt te meten?
Het is belangrijk om je goed in het begrip te verdiepen, omdat de theorie over het begrip de basis is voor het beoordelen of toetsen van de begripsvaliditeit.
Criteriumvaliditeit
Met de criteriumvaliditeit wordt gekeken naar de samenhang tussen twee onderzoeksresultaten: jouw metingen en die van een gevalideerd onderzoek (het criterium). Dit gevalideerde onderzoek wordt vaak beschouwd als de ‘gouden standaard’.
Hangen jouw metingen nauw samen met die van een gevalideerd onderzoek?
Wanneer je de overeenkomsten van jouw metingen analyseert met die van een ‘criterium’, dan wordt dit validering genoemd.