
De conclusie van een scriptie schrijven
Gepubliceerd op 22 december 2017 door R. van Ravenstein
In de conclusie van een scriptie geef je antwoord op de centrale onderzoeksvraag (hoofdvraag) of bevestig of ontkracht je de hypothese(s). De conclusie trek je op basis van je onderzoeksresultaten. Het gaat hierbij dan ook nog steeds om kennis en niet om het geven meningen en adviezen.
Hoe trek je conclusies op basis van de resultaten?
Nadat je het onderzoek hebt afgerond, kun je op basis van de onderzoeksresultaten conclusies trekken. Je kunt hiervoor bijvoorbeeld het volgende stappenplan gebruiken.
- Bekijk en analyseer de resultaten van jouw onderzoek.
- Schrijf in korte zinnen op welke verschillen, overeenkomsten en opmerkelijke zaken je ziet in vergelijking tot de literatuur.
- Selecteer de meest relevante zinnen voor je onderzoeksvraag en pas deze indien nodig aan.
- Orden deze zinnen per onderzoeksvraag en rangschik ze van belangrijk, naar minder belangrijk.
- Vergelijk de zinnen van de onderzoeksvragen met elkaar. Wat valt op?
- Beschrijf dit met behulp van verwijzingen naar de resultaten.
Voorwaarden voor het trekken van conclusies
Bij het trekken van conclusies dien je rekening te houden met enkele voorwaarden. De conclusie moet ten eerste eenduidig en objectief zijn. Ten tweede dient het kernachtig, helder en specifiek verwoord te zijn. In de laatste plaats dienen conclusies voor te vloeien uit de resultaten.
- eenduidig zijn (alle lezers moeten hetzelfde er uit opmaken);
- objectief zijn (eigen mening wordt niet gegeven);
- kernachtig, helder en specifiek zijn;
- voortvloeien uit de resultaten.
Overige eisen van de conclusie
- de conclusie is in een unieke en lopende tekst geschreven;
- de conclusie dient maximaal uit 400 woorden te bestaan;
- er worden geen nieuwe informatie of feiten aangedragen;
- de conclusie is gerelateerd aan het theoretisch kader.
Welke informatie staat niet in de conclusie?
Je kunt niet zomaar alles verwerken in de conclusie. De onderstaande zaken horen dan ook niet thuis in de conclusie van een scriptie:
- nieuwe informatie die niet is voortgekomen uit het onderzoek;
- voorbeelden: die zijn namelijk al in het theoretisch kader of resultaten beschreven;
- interpretaties van resultaten (horen in de discussie);
- tabellen en grafieken (hiernaar verwijzen mag wel);
- bronverwijzingen.
Opbouw van de conclusie
Nu je weet welke zaken in de conclusie van een scriptie gepresenteerd kunnen worden en met welke voorwaarden je rekening moet houden, kun je de conclusie schrijven.
- Begin de eerste alinea met de herhaling van de centrale onderzoeksvraag (hoofdvraag);
- Geef voor alle onderzoeksvragen een korte samenvatting van de belangrijkste resultaten, (deel)conclusie en terugkoppeling naar de literatuur. Onderbouw goed waarom je tot deze conclusie bent gekomen;
- Vat tot slot je conclusies samen en beantwoord de centrale onderzoeksvraag.
Werkwoordstijden in de conclusie
Welke werkwoordtijden je in de conclusie van een scriptie gebruikt, hangt af van waarnaar je refereert. Maak daarnaast in je conclusie duidelijk wat ‘resultaat’ is en wat ‘conclusie’ is door:
- resultaten te schrijven in de voltooid tegenwoordige tijd
- conclusies te schrijven in de onvoltooid tegenwoordige tijd
De ik-vorm gebruiken in de conclusie is niet gebruikelijk en daarom vaak niet toegestaan.
(APA) Bronverwijzingen in de conclusie van een scriptie
Het gebruik van (APA) bronverwijzingen in de conclusie is niet toegestaan. Verwijzingen naar resultaten, tabellen, figuren en afbeeldingen mag wel.